Onverteerbare zaken, deel 3, slot.
Onze oudste heeft in zijn kleutertijd de gewoonte gehad in de tuin verbanden te leggen tussen dingen die voor hem kennelijk met elkaar te maken hadden. De methode die hij gebruikte was met strotouw aan elkaar knopen. Dit leverde voor mij gevaarlijke situaties op omdat ik ook in het duister door de tuin beweeg en regelmatig struikelde over een door hem aangelegd verband. Eén van de touwen kwam ik afgelopen winter tegen. Tijdens het kloven van hout van een gevelde boom vond ik een stuk hout met daarin een blauwe draad, de draad stak er aan beide zijden uit en is onaangetast opgenomen door de boom. De boom is er overheen gegroeid. Een tijdje later stelde iemand de vraag wat te doen met een trauma en toen schoot mij het stuk hout te binnen als beeld van wat een boom doet met een trauma.
Een trauma is een ingrijpende gebeurtenis die per definitie niet verteerbaar is en leidt tot een duurzaam verlies, letterlijk betekent trauma “wond” . Of een ingrijpende gebeurtenis voor een mens traumatisch uitwerkt laat zich niet voorspellen, we verschillen in het vermogen ingrijpende gebeurtenissen te verwerken. Het verlies kan betrekking hebben op een geliefd persoon maar ook op verlies van vermogen (wat ik heb of wat ik kan) of verlies van een perspectief (baan, relaties).
De gewone reactie op een ingrijpende gebeurtenis is afweer, ik probeer mij te beschermen. Ons lichaam is daartoe uitgerust met reflexen, deze reacties treden op voordat we de situatie bewust beleven. U komt bijvoorbeeld vanuit een donkere ruimte ineens in een heel fel licht en slaat de handen voor de ogen om u te beschermen tegen dat felle licht. Naast deze beschermde reacties is er stress, een gemengd lichamelijk emotionele reactie. De functie van deze stress is het mogelijk ontsnappen aan de situatie, de intensiteit varieert van een elegant ontwijken tot de bereidheid te doden. De stress die we nodig hebben om te ontsnappen aan een acute noodsituatie wordt door een regulerend systeem in het lichaam afgebouwd als de nood is verdwenen. Dit stress afbouwende systeem is uitermate kwetsbaar en kan blijvend verstoord raken door één bedreigende gebeurtenis of bij jonge kinderen door bijvoorbeeld al een (korte) afwezigheid van de moeder.
Traumatisering in de kindertijd.
Denkt u hierbij aan verwaarlozing, mishandeling, misbruik, onvrij makende opvoedsystemen.
Al voordat we geboren zijn kunnen we afweer hebben, angst en primaire afweer (Bosch). Na de geboorte duurt het twee jaar totdat de hersenen zover zijn ontwikkeld dat we een gebeurtenis kunnen koppelen aan een gevoel (narratief geheugen). Alle narigheid die we niet kunnen bevatten door de staat van ontwikkeling van het zenuwstelsel of door de mate van emotionele rijping dumpen we in ons onderbewuste. Door de stress die met narigheid gepaard gaat wordt onze herinnering van de gebeurtenis minder betrouwbaar. Het verdringen en het moeten leven in een stressvolle situatie kost kracht en maakt dat onze afweerpatronen tot ons gewone doen worden, onze primaire reactie op iets nieuws wordt een stressvolle. Als ik mijn kinderen bij het morsen met eten terechtwijs alsof ze het huis in de fik gaan steken veroorzaak ik bij het kind een angst- en paniekstoornis. Of, als ik met een zonnebril op ga lopen omdat ik een keer ben verblind door een fel licht gaat er veel van de wereld aan mij voorbij. Een gevolg hiervan is dat mogelijkheden niet tot ontwikkeling komen en dus niet leiden tot vaardigheden.
Bij getraumatiseerde mensen is een groot probleem het niet weten van de dingen en de impact er van op het leven. (Aan de buitenkant is niet te zien dat ik rondloop met een trauma, mijn gebrek aan vaardigheden wordt wel door andere mensen opgemerkt en als men er iets over zegt begrijp ik het niet, mijn lichamelijke klachten kan ik niet plaatsen en als ik er hulp bij vraag is het psychisch en het zit gewoon in mijn lijf.) Als de beschermende patronen niet meer werken (men loopt vast), de flashbacks worden te indringend of de lichamelijke en psychische ellende wordt te groot, ontstaat er een hulpvraag.
Bij latere traumatisering, denk aan oorlogsveteranen, kan er een normale ontwikkeling van de persoonlijkheid zijn geweest. De gevolgen zijn dan ook anders. Complicatie bij deze groep mensen is dat zij zijn opgeleid geweld te gebruiken. Een wakker worden van de posttraumatische stress kan dan fatale gevolgen hebben, dit is helaas ook gebeurd.
Als wij mensen over een trauma willen heen groeien hebben we meer nodig dan een boom nodig heeft, namelijk andere mensen. Het is ook zo dat het meerdere andere mensen zijn, één persoon is een mooi begin maar niet voldoende. Een trauma is en blijft “buitenwereld” (zoals de draad bij de boom) en de huidige aanpak in de psychotherapie is er op gericht de traumatische gebeurtenissen voor zover ze worden herinnerd te leren zien als buitenwereld. Dat wil zeggen dat bij het benaderen van zo’n herinnering eerst het hele systeem in de stress schiet, de weg er uit is het op afstand naar de herinnering leren kijken en daarbij de stressreactie los te leren laten (bv emdr of confronterende therapie). In mijn werksetting doe ik het zo dat ik bij een optredende herbeleving onderbreek, overleg of het tot afstand nemen kan komen en pas als dat lukt eventueel verder ga met de behandeling.
In de zorg worden wij geacht bij een probleem in kaart te brengen wat er aanwezig is aan stoornissen (een functie die het niet doet), beperkingen (wat ik daardoor niet kan) en mogelijkheden van participatie (welke zaken van het leven ik daardoor niet beschikbaar heb). Vervolgens stellen we na analyse een “smart” doel.
Als er sprake is van getraumatiseerd zijn heeft dat weinig zin, ik heb er meer aan dat ik weet wat heel is. Wat heel is, is zo sterk dat het de belasting door de trauma’s heeft doorstaan en vraagt om benoemd te worden want het is een houvast voor zware tijden. Ook de dingen die het trauma oproepen of herbelevingen aanwakkeren kan ik beter maar weten, ik moet ze leren vermijden. Het doel is niet smart in de moderne zin van het woord maar globaal benoemd, gericht op een gezond proces en ruimte biedend voor de dingen zoals ze zich aandienen. Uitbreiding van herinneringen kan maken dat de behandelinhoud moet worden aangepast, het bewust worden van een mogelijkheid die niet tot ontwikkeling is gekomen eveneens.
Dit is het laatste deel van de reeks over gevoel en het lichaam. Leestip: illusies, Ingeborg Bosch.
Vragen zoals gewoonlijk naar hetwaag@hetnet.nl , groet, Wim Witteveen